woensdag 4 december 2013

Charlie And The Chocolate Factory - Theatre Royal Drury Lane



Naast 'Matilda' van de RSC is er sinds deze zomer een nieuwe grote productie op Londen’s West End te vinden die gebaseerd is op het werk van Roald Dahl. 'Charlie And The Chocolate Factory' geschreven door Dahl in 1964 is een produktie van Neal Street Productions, de firma van Sam Mendes die ook tekent voor de regie, en de theaterdivisie van Warner Bros. En waar 'Matilda' nog een nog vrij intieme, klein vertelde voorstelling is, trekt men voor 'Charlie' alle registers open in een theatraal extravaganza. Deze megaproductie met geraamde productiekosten van £ 10 miljoen, ziet er in alle aspecten fantastisch uit. De recensies voor 'Charlie' waren wisselend en nogal gematigd maar ik heb werkelijk een geweldige avond gehad. 

Charlie Bucket woont samen met zijn ouders en beide grootouders in een klein vervallen huisje vlakbij de grote chocoladefabriek van Willy Wonka. Opa Joe vertelt vaak verhalen aan Charlie over de sinds enige jaren gesloten fabriek en zijn mysterieuze eigenaar. Dan komt het grote nieuws dat de fabriek wordt heropend en dat er vijf gouden tickets zijn verstopt in de Wonka-repen die aan vijf kinderen toegang geeft tot de geheimen van de fabriek en de garantie op een levenslange voorraad aan chocolade. Omdat Charlie alleen een Wonka-reep krijgt op zijn verjaardag en dat nog even duurt, lijkt zijn kans om de fabriek ooit te kunnen bezoeken uitgesloten. 

Maar Charlie droomt er wel van en schrijft een brief aan Wonka. Intussen wordt het ene na het andere gouden ticket gevonden door een viertal nogal eigenzinnige en eigenwijze kinderen. De gulzige dikkerd Augustus Gloop, de intens verwende Veruca Salt, Violet Beauregarde een recorddragende kauwgom kauwster en Mike Teavee die een ongezonde obsessie heeft voor geweld en TV. 

Door toeval komt Charlie uiteindelijk toch in het bezit van een gouden ticket en mag met opa Joe naar de fabriek waar ze een ongelooflijke rondleiding krijgen. Helaas valt tijdens de rondleiding het ene na het andere kind nogal gruwelijk ten prooi aan hun eigen obsessies en blijft Charlie als enige over en wordt tot zijn grote verbazing door Wonka benoemd als zijn opvolger omdat hij de enige is die de test glansrijk heeft doorstaan.

De muziek en teksten voor Charlie zijn nieuw geschreven door Marc Shaiman en Scott Wittman die samen al meer musicals hebben gemaakt waaronder 'Hairspray' en 'Catch Me I You Can'. Hoewel de muziek soms meer voelt als een soundtrack dan een coherente score valt er toch veel van de muziek te genieten zoals in 'A Letter From Charlie Bucket' of het ontroerende 'If Your Mother Were Here' en in heerlijke ensemblenummers als 'The Amazing Fantastical History Of Willy Wonka' en 'Don’t Ya Pinch Me, Charlie'. 

De kinderen hebben ook hun eigen muziekstijlen in de introducties, zoals een jodelnummer voor Augustus met 'More Of Him To Love' en een technonummer voor Mike met 'It’s Teavee Time!',   Het is wel jammer voor de componisten dat een van de weinige kippenvel momenten in de muziek wordt gevormd door 'Pure Imagination'. Een nummer dat oorspronkelijk uit de film 'Willy Wonka And The Chocolate Factory' uit 1971 komt en is geschreven door Leslie Bricusse en Anthony Newley.

De voorstelling opent met een ingenieuze, zij het ietwat lange geïllustreerde animatie over het ontstaan van chocola, die is gemaakt door Quentin Blake, de vaste illustrator van Dahl’s boeken. De musical, script geschreven door David Greig is helder neergezet waarbij de eerste acte zich afspeelt in en rondom het huis van Charlie en zijn familie en kent de aanloop naar het vinden van de vijf gouden tickets. De tweede acte begint op grappige wijze met Wonka als dirigent en speelt zich helemaal af in de fabriek.



De kostuums en sets van Mark Thompson zijn geweldig mooi en inventief. De soberheid en grauwheid van de sets in de eerste acte wordt kleurrijk onderbroken door meer dan levensgrote tv-schermen waarin de razende reporters Cherry en Jerry de winnaars van de gouden tickets aankondigen. De hyperactieve Oompa Loompa´s zijn erg leuk vormgegeven al dan niet tappend, rolschaatsend of op enorme plateauzolen en de introductie van de figuurtjes wordt  met een luid applaus begroet. 

De ene set is nog indrukwekkender dan de andere en wordt gecombineerd met toneeldoeken en decorstukken in vreemde perspectieven en mooie projecties van Jon Driscoll die het geheel soms een bijna cinematografisch gevoel geven. De voorstelling heeft een enorme vaart maar kent een magisch rustpunt met 'Pure Imagination' in de tweede acte als Charlie en Wonka in een prachtige glazen lift over de eerste rijen van de stalls lijken te zweven. 

Tijdens de voorstelling die ik zag was Douglas Hodge niet aanwezig maar speelde Ross Dawes op een verdienstelijke manier de rol van Wonka in een soort mengeling van onderkoelde humor en sinisterheid. En lijkt meer op de versie die Gene Wilder in de oorspronkelijk filmversie neerzette dan de nogal freaky Wonka van Johnny Depp in de Burton remake uit 2005. Hij is een bijna duistere aanwezigheid want Willy Wonka is allesbehalve een echte kindervriend. De kinderen (Alexzander Griffiths als Augustus, Matilda Belton als Veruca, Mya Olaye als Violet en Luca Toomey als Mike) waren stuk voor stuk erg goed maar het was Keir Edkins-O’Brien die als een vertederende Charlie Bucket de show stal. 

Een prachtige rol ook voor Nigel Planer als Grandpa Joe die de als een van de weinige volwassenen de kans krijgt om echt te stralen. Het aandeel van overige volwassen rollen is toch vrij klein maar vormen wel een belangrijke schakel in het geheel.

Natuurlijk is het escapisme in de meest pure zin van het woord maar ik heb het allemaal in kinderlijke verwondering over me heen laten komen en zeer genoten. 

Deze voorstelling zag ik 's avonds op woensdag 4 december 2013.

© foto's Johan Persson en Helen Maybanks